BossCover Certified EPDM (Ethyleen Propyleen Dieen Monomeer) is een UVbestendige
elastomeer met een enorme rekbaarheid (430 %) die spanningen perfect kan ondervangen. Het materiaal blijft altijd soepel, ook onder de meest extreme temperaturen.
De folie vertoont weinig tot geen verouderingsverschijnselen, ook niet bij langdurige blootstelling aan Ozon.
De milieuvriendelijke BossCover Certified EPDM is zo goed als onderhoudsvrij en heeft door zijn bijzondere eigenschappen een levensduur van tenminste 40 jaar.
 
FYSISCHE EIGENSCHAPPEN
• Gewicht: 1.38 kg/m² (1,15 mm.), 1.85 kg/m² (1,52 mm.)
• Rekweerstand: 430 %
• Brandklasse A (zelfdovend)
• UV-bestendig
• Wortelbestendig
• Bestand tegen Ozonveroudering
• Bestand tegen de meeste zuren en alkaliën
• Hoge slijtweerstand
 
Afmetingen
Toepassingen
• Losgelegd met ballast.
• Volledig gekleefd.
- Handmatig met Bonding Adhesive
- Met spuitpistool en BossCover Spray Bond
• Mechanisch bevestigd.
• Partieel gekleefd.
 
Verwerkingvoorschriften
In de nu volgende verwerkingshandleiding hebben wij getracht zo volledig
mogelijk en overzichtelijk te zijn. Toch kunt u in de praktijk
geconfronteerd worden met situaties en details welke niet in deze
handleiding zijn beschreven.
Aarzelt u in dat geval niet om contact op te nemen met onze specialisten.
 
Voorzorgsmaatregelen
Voorkom iedere mechanische beschadiging van de folie of contact met ruwe uitsteeksels tijdens het transport en de verwerking van de folie.
Contact met producten op basis van petroleum, vetten en mineralen of plantaardige oliën dient te worden vermeden.
Direct contact met warmtebronnen met een continutemperatuur boven 80° C. voorkomen.
Alle holle ruimtes groter dan 50 mm. moeten worden uitgevlakt.
Alle opstanden dienen droog te zijn en geschikt voor verlijming.
Eventueel toe te passen isolatie moet droog zijn en naadloos gelegd.
 
Losliggend geballast systeem
Deze methode kan worden toegepast op daken met een helling van maximaal 3 graden en bij omgekeerde dakbedekkingsystemen.
De ondergrond moet vrij zijn van oneffenheden, scheuren e.d.
Eventueel dient eerst een beschermingslaag van polyestervlies te worden aangebracht.
- Het EPDM-membraan op het dak brengen op die plaatsen welke vooraf zijn bepaald.
- Vervolgens de EPDM-folie ontvouwen/ontrollen en zonder spanning los op de ondergrond    leggen volgens vooraf gemaakt legplan.
Bij het uitleggen van de folie rekening houden met een minimale overlap van de membranen van 100 mm.
- De EPDM-folie 30 minuten laten ontspannen.
- Controleer of de EPDM-membraan op de juiste plaats ligt.
- Vervolgens kunnen de naadverbindingen worden gemaakt.
(Zie naadverbindingen 7.1 en 7.2)
- Bedek de losliggende folie zo snel mogelijk met de ballastgrind.
(Eventueel bescherming met polyesterdoek)
Betontegels dienen aan de onderzijde vlak te zijn afgewerkt en bij voorkeur gelegd op rubbergranulaat tegeldragers of plakzegels voorzien van pvc onderlegger.
Opmerking: Een tijdelijke ballast kan in winderige omstandigheden noodzakelijk zijn indien men niet dezelfde dag ballast.
 
Volledig gekleefd systeem
De ondergrond dient droog en volledig stof- en vetvrij te zijn.
- Het EPDM-membraan op het dak brengen op die plaatsen welke vooraf zijn bepaald.
- Vervolgens de EPDM-folie ontvouwen/ontrollen en zonder spanning los op de ondergrond leggen volgens vooraf gemaakt legplan.
Bij het uitleggen van de folie rekening houden met een minimale overlap van de membranen van 100 mm.
- De EPDM-folie 30 minuten laten ontspannen.
- Controleer of het EPDM-membraan op de juiste plaats ligt.
- Trek de EPDM-folie gedeeltelijk terug (omslaan) zodat de ondergrond weer vrij komt.
 
Volledige verlijming met Bonding Adhesive (Handmatig)
- Lijm de ondergrond en de omgeslagen onderkant van de EPDM-folie in met hechtcontactlijm (Bonding Adhesive, Pliobond 2375).
De lijm gelijkmatig aanbrengen met een 200-250 mm. brede roller.
(Oplosmiddelenbestendig, korte haren)
De lijm voor gebruik steeds stevig roeren.
Geen lijm aanbrengen in zones waar later naadcontactlijm wordt aangebracht.
Voldoende tijd nemen voor het laten drogen van de lijm. Wanneer de lijm niet meer nat is en draden trekt bij contact kan de volgende handeling worden uitgevoerd.
 
Volledige verlijming met BossCover Spray Bond (Lijmpistool)
Spuit de ondergrond en de omgeslagen onderkant van de EPDM-folie in met hechtcontactlijm (BossCover Spray Bond). De verlijming met het aangepaste BossCover spuitpistool zorgt voor een gelijkmatige verdeling en een minimaal verbruik.
Geen lijm aanbrengen in zones waar later naadcontactlijm wordt aangebracht.
Voldoende tijd nemen voor het laten drogen van de lijm. Wanneer de lijm niet meer nat is en draden trekt bij contact kan de volgende handeling worden uitgevoerd.
 
Vervolg voor beide systemen.
- Het EPDM-membraan nu, zonder plooien, spanningloos en vlak, in de lijm rollen. De gelijmde helft van het membraan met een harde en stevige borstel aandrukken.
- Herhaal deze werkwijze voor de andere helft van het membraan.
- Vervolgens kunnen de naadverbindingen worden gemaakt.
(Zie naadverbindingen 7.1 en 7.2)
 
Opmerking: Bij bepaalde combinaties van temperatuur en luchtvochtigheid kan condens op de lijm worden gevormd.
In dat geval mag de folie niet in de lijm worden gerold en dient men te wachten op drogere omstandigheden om de procedure opnieuw te starten.
 
Mechanisch bevestigd systeem
Het ‘105-Systeem’ is een systeem voor mechanische bevestiging waarbij het EPDM-membraan niet wordt doorboord.
Het ‘105-systeem’ is FM-approved (FM 1-90 rating) en is geschikt voor alle ondergronden waarin mechanisch bevestigd kan worden.
 
Voordelen ‘105-systeem’:
* Vlakke ononderbroken, niet gepenetreerde éénlaagse bedekking.
* Superieure hechting.
* Minder bevestigers per m² dan traditionele systemen.
* Snelle verwerking (besparing arbeid tot ± 40%).* Minder kans op fouten tijdens verwerking.
* Minder overlapnaden.
* Bij verwerking minder gevoelig voor weersomstandigheden.
Verwerking:
- De isolatieplaten (indien van toepassing) in halfsteensverband aanbrengen op de ondergrond en mechanisch bevestigen met vier stuks dakboorschroeven en volgringen per plaat.
- Vervolgens de ‘105-plaatjes’ mechanisch bevestigen door de isolatie in de ondergrond. Verbruik gemiddeld 2 à 3 plaatjes p/m².
* Het verbruik van de ‘105-plaatjes’ is afhankelijk van hoogte en ligging. Bij twijfel raadpleeg onze specialisten.
- Kimfixatie: Langs de dakranden en opstanden een extra rij ‘105-plaatjes’ aanbrengen (h.o.h. 300 mm.) of kimfixatiestrip (Perimeterstrip) plaatsen.
- De EPDM-folie op het dak brengen op die plaatsen welke vooraf zijn bepaald
- Vervolgens de EPDM-folie ontvouwen en zonder spanning los op de ondergrond leggen volgens vooraf gemaakt legplan.
Bij het uitleggen van de folie rekening houden met een minimale overlap van de membranen van 100 mm.
- De EPDM-folie 30 minuten laten ontspannen.
- Controleer of de EPDM-membraan op de juiste plaats ligt.
- Trek de helft van de EPDM-membraan terug zodat de onderzijde in het zicht komt.
- Breng op de onderzijde van het EPDM-folie, op die plaatsen waar de folie in contact komt met de ‘105-plaatjes’, Splice Wash/Primer (Plioseal 9705) aan.
- Verwijder het beschermpapier van de aangebrachte ‘105-plaatjes’, rol
de EPDM-membraan voorzichtig, zonder plooien en spanningvrij terug over de plaatjes en druk deze aan met een stevige roller. Het vulkanisatieproces tussen de plaatjes en de EPDM-folie komt direct op gang. Uiteindelijk vormt het plaatje één geheel met het membraan.
- Herhaal dit voor de andere helft van het membraan.
- Vervolgens kunnen de naadverbindingen worden gemaakt. (zie naadverbindingen 7.1 en 7.2)
 
Partieel verkleefd met ‘BossCover Flexible Bond’
‘BossCover Flexible Bond’ is een unieke elastische EPDM-lijm op basis van gemodificeerde polymeren en wordt verwerkt met een speciaal lijmpistool.
‘BossCover Flexible Bond’ is nog gedurende een half uur corrigeerbaar.
Voordelen ‘BossCover Flexible Bond’:
* Ca. 650% elastisch.
* Superieure hechting.
* Geen verlies of onderhoud.
* Corrigeerbaar.
* Bruikbaar op vrijwel elke ondergrond.
* Milieuvriendelijk.
* Tot 60% sneller.
* Ook bruikbaar bij vochtig weer.
VERWERKING:
- Het EPDM-membraan op het dak brengen op die plaatsen welke vooraf zijn bepaald.
- Vervolgens de EPDM-folie ontvouwen/ontrollen en zonder spanning los op de ondergrond leggen volgens vooraf gemaakt legplan.
Bij het uitleggen van de folie rekening houden met een minimale overlap van de membranen van 100 mm.
- De EPDM-folie 30 minuten laten ontspannen.
- Controleer of de EPDM-membraan op de juiste plaats ligt.
- Trek de EPDM-folie gedeeltelijk terug (omslaan) zodat de ondergrond weer vrij komt.
- Op de ondergrond m.b.v. het BossCover lijmsysteem om de 25 cm ‘BossCover Flexible Bond’ rupsen aanbrengen.
Lijm alleen op de ondergrond aanbrengen, niet op de onderkant van de EPDM-folie.
- Het EPDM-membraan nu, zonder plooien, spanningloos en vlak, in de lijm rollen.
Eventuele plooien rechttrekken of eruit vegen.
- De EPDM-folie aanrollen met een aandrukrol of aandrukken met een borstel.
- Herhaal deze werkwijze voor de andere helft van het membraan.
- Vervolgens kunnen de naadverbindingen worden gemaakt.
(zie naadverbindingen 7.1 en 7.2)
 
Overzicht plaatsingssystemen
 
Naadverbinding met splice tape
- Sla de bovenste EPDM-folie ca. 150 mm. terug.
- Alle oppervlakken die getapet moeten worden dienen schoon en droog te zijn.
- Op beide contactvlakken Splice Wash/Primer (Plioseal 9705) aanbrengen en ca. 15 minuten laten drogen.De Splice Wash/Primer inwrijven met een schone, niet pluizende, katoenen doek tot een zwart oppervlak ontstaat zonder strepen.
- Breng de zelfklevende tape (Plioseal Splice Tape) aan op de onderste EPDM-membraan. De Splice Tape dient te worden aangebracht tot ca. 10 mm. voorbij de bovenste folie. De tape wordt vervolgens aangedrukt met de hand (het beschermpapier zit nog steeds aan de bovenzijde van de tape), waarna deze goed wordt aangerold met een rubberen handroller.
- Sla de omgevouwen EPDM-folie terug en verwijder het beschermpapier van de tape door deze loodrecht op de naadverbinding weg te trekken.
Hierbij wordt de naadoverlap met de andere hand gedicht. De bovenste folie moet zonder plooien over de tape vallen.
- Daarna wordt de naad met een rubberen handroller aangerold, eerst in dwars- en daarna in lengterichting.
Het vulkanisatieproces komt direct op gang en leidt tot een homogene verbinding.
Opmerking: Waar twee tapes onderling kruisen wordt een stuk zelfklevende Formflash (Vormfolie) aangebracht (zie details).
Bij toepassing van niet-zelfklevende Formflash deze Rondom verzegelen met een naadverzegelingspasta (Lap Sealant, Pliobond 5742).
Naadverbinding met splice adhesive
- Sla de bovenste EPDM-folie ca. 150 mm. terug.
- Vuil, talk en andere stoffen welke de naadverbinding kunnen verontreinigen wegborstelen.
- Beide contactvlakken reinigen met Splice Wash (Pliobond 9644).
De Splice Wash inwrijven met zuiver katoenen doeken tot een zwart oppervlak ontstaat zonder strepen. (De reiniger voor gebruik steeds stevig omroeren).
- De lijm (Splice Adhesive, Pliobond 9053) aanbrengen op beide contactvlakken over een breedte van minimaal 100 mm. Om zeker te zijn dat de lijm is uitgesmeerd tot aan het einde van de naad is het raadzaam zowel op de onderste folie als op het omgeslagen gedeelte
een extra strook van 25 mm. te bedekken.
De lijm dient gelijkmatig te worden aangebracht met een 200-250 mm. brede borstel met oplosmiddelenbestendige haren.
- De lijm nu ca.15 minuten laten drogen voordat de naad gesloten wordt.
- De omgeslagen folie terugslaan en met de hand in de dwarsrichting van de naad aandrukken. Om plooien te vermijden dient men er voor te zorgen dat de EPDM-folie niet uitgerekt wordt.
- Druk de naadzone aan met een rubberen handroller, eerst in dwars- en vervolgens in lengterichting.
- Na enkele uren wordt de naad afgekit met een naad- verzegelingspasta (Lap Sealant, Pliobond 5742) volgens onderstaande methode.
De rand van de naad instrijken met een dunne laag Splice Adhesive, waarna op het naaduiteinde een ca. 6 mm. brede rups Lap Sealant wordt aangebracht.
De Lap Sealant over de naadrand uitsmeren met een ingekerfd hulpstuk.
Na behandeling vlakt de pasta zichzelf uit.

 
Lijmen op tapen ?
Bij de keuze tussen lijmen of tapen spelen de volgende eigenschappen een
grote rol:
Voordelen Plioseal Tape producten:
* Snel en gemakkelijk aan te brengen.
* Afkitten is niet nodig.
* Snelle verwerking.
* Aan te brengen bij koud en warm weer.
* Plioseal tape bevat geen oplosmiddelen.
* Altijd gelijkmatige dikte van de lijmlaag.
* Snelle homogene verbinding van de naden.
Testen wijzen uit dat naadverbindingen gemaakt met Splice Tape van een betere kwaliteit zijn dan die zijn gemaakt met Splice Adhesive.
 
Dakranden
- De EPDM-folie doorzetten tot aan de voorzijde van de dakrand.
- De EPDM-folie terugvouwen tot op het vlakke gedeelte.
- Op het verticale deel en de bovenzijde van de dakrand, alsook op de onderzijde van de teruggevouwen EPDM-folie hechtcontactlijm (Bonding Adhesive, Pliobond 2375) aanbrengen.
Bij niet-zuigende ondergronden, bijv. staal, aluminium of PVC, i.p.v. Bonding Adhesive Splice Adhesive (Pliobond 2375).
- De lijm laten drogen als reeds beschreven bij het volledig gekleefd systeem.
- De EPDM-folie weer terugslaan en met een stevige roller aandrukken tegen de opstand en op de dakrand.
De dakrand kan nu worden afgewerkt met een aluminium of kunststof daktrim cq muurafdekprofiel (zie details dakranden).
 
Kimfixatie
Wanneer de EPDM-folie een hoekverandering ondergaat welke groter is dan 15 graden dient een kimfixatie te worden toegepast. Deze kimfixatie zorgt er voor dat alle bewegingen, veroorzaakt door zettingen van de ondergrond en spanningen ontstaan door thermische reactie van de EPDM-folie, opgevangen worden.
Bij ronde doorvoeren met een diameter kleiner dan 450 mm. en bij rechthoekige openingen met afmetingen kleiner dan 1000x1000 mm. is geen kimfixatie nodig.
De kimfixatie kan worden uitgevoerd met Kimfixatiestrip (Perimeterstrip, zelfklevend / niet zelfklevend) of met de plaatjes van het ‘105-systeem’. (Voor plaatsing van de plaatjes zie 5.5 )